maandag 30 maart 2015

Een paniekaanval

Zaterdag, 28 maart '15. Ik maak mij klaar om naar een lach workshop te gaan. Ik kijk er al een hele dag naar uit. De workshop wordt georganiseerd door YAR, de vrijwilligersorganisatie waarvoor ik een jaar heb gewerkt. Op 1 persoon na weet niemand daar dat ik borstkanker heb en dat wil ik zo houden.  Gewoon nog eens Anouk  zijn, zonder borstkanker.

Op twee straten van de plaats waar de workshop zou doorgaan (Antwerpen), voel ik (onbewust) aan mijn hals. Een knobbel, rechts boven. Ik voel vervolgens links: geen knobbel. Ik sla in paniek .... ik moet nu weten wat dit is. Het enige dat ik kan denken is  "Ik keer om terug richting Mechelen en rij naar de spoed". De grond verdwijnt onder mijn voeten en de tranen rollen over mijn wangen. Ondertussen bel ik  Kurt. Siebe neemt op en wilt weten wat er is, ik zeg kort en gebiedend met een trillende stem "Siebe, geef mij papa".

Op de spoed is het druk. Een wachtzaal vol mensen: voetballers met dikke voeten en knieën, een kleine meid met een bloedend achterhoofd, een tiener met ademhalingsproblemen .... en ik. Dit plaatje klopt niet, ik hoor hier niet thuis, dit is niet urgent. Toch kan ik niet anders dan blijven zitten. Ik moet weten wat die knobbel is, ik wil gerustgesteld worden.

Mevrouw Reygel? Een lange meneer in een witte schort brengt mij naar een witte kamer met TL-lampen, gele wanden en groene kasten. Ik neem plaats op de onderzoekstafel. De verpleger neemt mijn pols, bloeddruk, koorts en stelt een  aantal standaard vragen. "Het is heel druk maar zo dadelijk komt er een dokter bij u". De man verdwijnt. Het is koud en ik ben niet echt  gekleed op een avondje spoed. Ik leg mij op de tafel en gebruik mijn jas als deken. Na een uur vraag ik aan de verpleegster voor een deken. Ze laat de deur op een kier openstaan. Daar lig ik starend naar het gat in de deur. Witte schorten, groene schorten, ambulanciers en politieagenten lopen af en aan. Soms is het muisstil, soms klinken luide stemmen. De tijd tikt verder, mijn ogen drogen op, mijn hart klopt terug rustig en mijn verstand wint het stilaan terug van mijn gevoel. Ik kan opnieuw helder denken.

Een middelgrote slanke man met een groene schort en stetoscoop stapt de kamer binnen. Eindelijk een dokter. Hij excuseert zich voor de lange wachttijd (3 uur). Hij vraagt wat ik al weet van mijn kanker en wat niet. Hij legt uit dat de knobbel die ik voel een verdikte klier is. Hij acht de kans klein dat dit verband houdt met mijn borstkanker. Hij geeft een bijkomend geruststellende technische uitleg die ik jullie graag bespaar.

Eind goed al goed? Ik weet het niet maar hier en  ben ik terug in staat om te geloven in een zo goed mogelijk afloop en dat had ik even nodig.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten